Internationale Spectator 1 – 2015 (jrg. 69) – Item 5 van 17

artikel

Rusland in 2015

André Gerrits

Geen land en geen leider zijn het afgelopen jaar zoveel in het nieuws geweest als Rusland en Poetin en, wat de Europese media betreft, vrijwel uitsluitend negatief. Toch was 2014 beslist geen slecht jaar voor Poetin. En er mag zonder meer van worden uitgegaan dat er dit jaar geen ingrijpende politieke veranderingen in de binnen- of buitenlandse politiek van Rusland zullen plaatsvinden. De negatieve gevolgen van de economische sancties zullen in Rusland niet leiden tot een massale roep om veranderingen in de Russische samenleving of verdeeldheid en calculerend gedrag door de Russische elite.

Crises in de internationale politiek zijn moeilijk te voorspellen. De drie meest in het oog springende kwesties in 2014 waren niet nieuw, maar de hevigheid waarmee ze zich deden gelden, werd niet voorzien: het gewapende conflict in Oekraïne en de annexatie door Rusland van de Krim; de Ebola-epidemie; en de opmars van Islamitische Staat.

De onvoorspelbaarheid van internationaal-politieke ontwikkelingen is geen reden om het niet toch weer te proberen. Ik beperk me tot Poetins Rusland. Geen land, geen leider zijn het afgelopen jaar zoveel in het nieuws geweest en, wat de Europese media betreft, vrijwel uitsluitend negatief. Poetin wordt gezien als de aanstichter van het geweld in Oekraïne. Hij houdt Assad de hand boven het hoofd, en is daarmee medeverantwoordelijk voor het aanhoudende geweld in Syrië en de verbreiding van het IS-terreurregime. Poetin poogt de regionale en mondiale macht en betekenis van Rusland te herstellen door confrontatie met het Westen. Rusland is onder Poetins gezag veranderd in een autoritaire kleptocratie, waarin een parasiterende politieke elite zich weinig gelegen laat liggen aan de samenleving.

Maar sinds kort wordt er een belangrijke kanttekening geplaatst bij Poetins Rusland: de dalende olieprijs en de sancties door de Verenigde Staten en Europa hebben het land in een diepe financiële crisis gestort, die wel politieke consequenties moet hebben. Maar welke consequenties? Ongetwijfeld staat Rusland voor de belangrijkste uitdagingen van het afgelopen decennium, afgedwongen door de economische problemen en de gespannen relaties met het Westen. Zullen ze de Russische leiders inderdaad dwingen tot politieke veranderingen in eigen land of tot herziening van het buitenlands beleid?

Het buitenlands beleid van Rusland, van iedere staat, wordt bepaald door twee clusters van factoren: binnenlandspolitieke assets, in het bijzonder de economische en politieke (‘ideationele’ en praktische) machtsmiddelen van het regime, en de internationale omgeving, dat wil zeggen de mate waarin regionale en mondiale machtsverhoudingen de buitenlandpolitieke speelruimte beïnvloeden. Een sterk en populair leiderschap in Rusland, geschraagd door een stevige economische groei en geïnspireerd door een hernieuwd nationaal zelfbewustzijn, profiteerde van vlottende mondiale machtsverhoudingen, waarin een weifelende Verenigde Staten, een in zichzelf gekeerd Europa en een voornamelijk regionaal assertief China volop kansen boden voor versterking van de eigen internationale positie.

Rusland heeft zich losgemaakt van de door het Westen gedomineerde mondiale, liberale orde. Het stelt daar een multipolaire schikking tegenover, waarin de grote mogendheden, waartoe Poetin Rusland noodzakelijk rekent (Rusland is een grootmacht, of Rusland is niet!), concurreren en samenwerken op basis van een zo groot mogelijke mate van onafhankelijkheid.

Een hybride politiek regime

Rusland heeft een hybride politieke orde. Een gesloten politiek bestel, in feite een politieke oligarchie die zich meester heeft gemaakt van ’s lands natuurlijke rijkdommen, co-existeert met een nog steeds redelijk vrije samenleving. Hybride politieke regimes worden vanwege de combinatie van autoritaire en democratische kenmerken geacht instabiel te zijn. Vanuit deze overtuiging zouden de sociale consequenties van de huidige financiële (en in 2015 wellicht ook economische) crisis de machthebbers voor grote problemen plaatsen. Maar hybride regimes zijn ook flexibel. De controle over de media, de rechtspraak en de politiek stelt de machthebbers in de gelegenheid rigide of juist buigzaam te handelen, de publieke opinie te manipuleren en de oppositie te marginaliseren. Onvrede onder de Russische bevolking over de verslechterde economische situatie of, dieper, over de endemische corruptie en bestuurlijke willekeur in het land, vertaalt zich nauwelijks in afname van de legitimiteit van de bestaande politieke orde en haar opperste leider.

Russische leiders wantrouwen de eigen bevolking meer dan de bevolking haar leiders

Russen willen wellicht politieke verandering, zoals een recente studie naar de politieke en maatschappelijke opvattingen van studenten aan enkele elitescholen in Moskou bevestigt,[1] maar ze verwachten dat die veranderingen, als ze al plaatsvinden, vanuit het regime zelf komen. Liberale democratie inspireert weinigen. De kans op een ‘kleurenrevolutie’ is gering. Russische leiders wantrouwen de eigen bevolking meer dan de bevolking haar leiders, meer ook dan nodig is.

Ruslands politieke orde is redelijk stabiel. De elite heeft geen belang bij ingrijpende politieke veranderingen en de bevolking ziet er geen mogelijkheid (en vooralsnog ook weinig reden) toe. De conservatieve of nationalistische koers die Poetin na diens terugkeer als president is ingeslagen, heeft zijn politieke legitimiteit versterkt. In Rusland lijkt de ideologische kloof tussen machthebbers en bevolking thans geringer dan ze in decennia is geweest. Het huidige staatsnationalisme in Rusland is vaak uitgelegd als een poging van een in het nauw gedreven leider (na de voor Rusland uitzonderlijke demonstraties in 2011-2012) zijn legitimiteit fors op te krikken.

Het nieuwe nationalisme

Die interpretatie klopt ten dele. Het nieuwe nationalisme kan ook worden uitgelegd als een politieke ‘inhaalmanoeuvre’. In postcommunistisch Rusland is politiek nationalisme altijd opmerkelijk afwezig geweest. Het huidige staatsnationalisme kan heel wel worden begrepen als een late poging een nationale identiteit te creëren, die Rusland de saamhorigheid en het zelfbewustzijn verschaffen die nodig zijn in een snel veranderende, mondiale omgeving. Dit is althans de uitleg van Poetin zelf,[2] en die klinkt alleszins redelijk. Dat het Russische nationalisme allerlei aspecten heeft die wij onappetijtelijk of zelfs onaanvaardbaar vinden, doet hier weinig aan af. In het algemeen sluit Poetins conservatieve draai aan bij de overtuigingen van een aanzienlijk deel van de Russische bevolking.

Poetin onthult standbeeld van Russisch dichter Aleksandr Poesjkin in Zuid-Korea.

Poetin onthult standbeeld van Russisch dichter Aleksandr Poesjkin in Zuid-Korea. Foto: Flickr.com, Republic of Korea.

In weerwil van Poetins dominante positie, is Ruslands hybride regime niet afhankelijk van de persoon van de leider. Poetins machtspositie lijkt het afgelopen jaar niet verzwakt, maar de mate waarin de economische crisis in 2015 doorzet kan die zeker ondermijnen. De essentiële factor is niet in eerste instantie de reactie vanuit de samenleving, maar de respons van de elite. Wat zich thans achter de gesloten deuren van het Kremlin afspeelt, weten we niet. Min of meer openlijke kritiek op de politieke koers van de machthebbers is tot nu toe vooral afkomstig uit ‘liberale’ hoek, waarin de economische risico’s van het conflict met Amerika en Europa worden benadrukt.

Er zijn geen aanwijzingen dat ook het overwegende conservatieve deel van de elite twijfelt aan het leiderschap van Poetin. Pas zodra diezelfde elite zich in overwegende meerderheid afvraagt of een andere leider haar belangen niet beter verdedigt, en dus politiek calculerend gedrag gaat vertonen, is Poetin in last. Een dergelijke ontwikkeling is niet uitgesloten, en zou aangespoord kunnen worden door omvangrijke maatschappelijke protesten tegen de gevolgen van de economische crisis, maar erg waarschijnlijk is ze vooralsnog niet.

Poetins heilige drie-eenheid

In de visie van Poetin vormen de binnenlandse politieke orde (inclusief zijn eigen positie), de buitenlandse politiek en Ruslands internationale positie een heilige drie-eenheid. Een sterke staat en een krachtig, legitiem gezag zijn voorwaarden voor een assertief, zelfverzekerd buitenlands beleid, dat weer voorwaarde is voor een onafhankelijke, soevereine positie op het wereldtoneel. De versterking van het autoritaire politieke bestel, de nationalistische en conservatieve wending en de confrontatie met het Westen zijn onderdeel van een politieke strategie die is gericht op een zo sterk mogelijke soevereiniteit.[3] Soevereiniteit moet worden begrepen als een politieke notie. Ze staat voor een machtspositie die geen inmenging van buitenaf toestaat en een maximale internationale bewegingsvrijheid, vooral in de eigen geopolitieke omgeving, garandeert.

Heeft 2014 Poetins ideaal van volledige soevereiniteit dichterbij gebracht?

Over het geheel genomen lijkt de internationale positie van Rusland het afgelopen jaar sterker geworden. Poetins ideologische en praktische oppositie tegen het Westen wordt zowel in eigen land als daarbuiten geapprecieerd. Ze wordt vooral begrepen en gewaardeerd als een antwoord op de arrogantie en de politieke bemoeizucht van het Westen. Bedienden in de eerste decennia na de Koude Oorlog vooral Europa en de Verenigde Staten zich van een waarden-gedreven buitenlands beleid, nu doet Rusland dat ook. Russische politici refereren steeds vaker aan een ‘cultuur-clash’ tussen Rusland en het Westen. Rusland werpt zich op als de hoeder van traditionele, christelijke waarden tegenover een libertair, seculier, individualistisch en relativistisch Westen – en dat is een stellingname die dus niet alleen in Rusland wordt gewaardeerd.

Rusland staat op goede voet met vrijwel alle belangrijke partijen in het Midden-Oosten, inclusief Israël

Rusland is terug op het wereldtoneel en Poetin wordt in ruime kring gezien als een krachtige leider die niet bang is de confrontatie met het Westen aan te gaan. 2014 was geen slecht jaar. De relaties met China hebben niet geleden onder de oorlog in Oekraïne en de annexatie van de Krim. De gas-deal die Rusland en China het afgelopen jaar sloten, had niet op een beter politiek moment kunnen komen. In het licht van de onwelkome veranderingen in het Midden-Oosten gedurende het afgelopen decennium (inval in Irak; Arabische Lente) heeft Rusland zijn positie redelijk weten te consolideren. De politiek ten aanzien van de oorlog in Syrië kan wellicht op morele gronden worden bekritiseerd, maar ze is vooralsnog standvastiger en effectiever gebleken dan de combinatie van grote woorden (regime change, rode lijn) en feitelijke weifelachtigheid door de Verenigde Staten en Europa. Rusland staat op goede voet met vrijwel alle belangrijke partijen in het onoverzichtelijke geopolitieke kluwen dat het Midden-Oosten is, inclusief en in het bijzonder met Israël.

Veel waarnemers, waaronder schrijver dezes, benadrukken al jaren dat in het Russisch buitenlands beleid de betrekkingen met de omringende landen (de voormalige Sovjetrepublieken, het ‘nabije buitenland’) absolute prioriteit hebben. Dat is in 2014 opnieuw duidelijk geworden. Toch zijn juist in de verhoudingen met de buurstaten de resultaten gemengd, om het voorzichtig uit te drukken. Op de korte termijn heeft de annexatie van de Krim Poetin vooral politieke winst gebracht. De ‘terugkeer’ van de Krim, de ‘hereniging’ met Rusland, de terminologie waarmee de annexatie van het schiereiland in Rusland wordt aangeduid, kon in Rusland op vrijwel algemeen enthousiasme rekenen. En met uitzondering van de sancties door de Verenigde Staten en de Europese Unie, heeft ze nauwelijks internationale repercussies gehad. De hybride oorlog die Rusland in oost-Oekraïne voert, lijkt het te verzekeren van een forse invloed op de toekomst van de buurstaat.

Rusland en de crisis in Oekraïne

Op de langere termijn zijn de voordelen minder evident. De annexatie van de Krim zal door Rusland niet ongedaan worden gemaakt, waarmee de belangrijkste reden voor de sancties overeind blijft. Als Rusland niet bereid of in staat is oostelijk Oekraïne in te lijven, dan zal het uiteindelijk akkoord moeten gaan met een politieke / diplomatieke oplossing, inclusief de nodige concessies. En Rusland mag de Krim hebben gewonnen, het lijkt Oekraïne te hebben verloren. Hoewel de politieke ontwikkelingen in Oekraïne berucht ongewis zijn, zijn elite en bevolking meer dan ooit geneigd naar het Westen te kijken, zowel ideologisch, economisch als veiligheidspolitiek.

De crisis in Oekraïne heeft nog onbekende gevolgen voor Poetins belangrijkste initiatief in de regio, de Euraziatische Economische Unie, die op 1 januari 2015 officieel is gelanceerd. Armenië is toegetreden en Kirgizië heeft zich gemeld (hetgeen overigens weinig afdoet aan de snel groeiende invloed van China in Centraal-Azië), maar Oekraïne is voorlopig afgehaakt, en Belarus en Kazachstan, deelnemers van het eerste uur, uiten soms hun bedenkingen. Het optreden van Rusland in Oekraïne, gelegitimeerd met de verplichting op te komen voor de ‘Russen’ buiten Rusland, wordt met argusogen bekeken door machthebbers die zelf een aanzienlijke Russische minderheid binnen de grenzen hebben. Bovendien maken de economische problemen in Rusland en vooral de roebelcrisis nauwe economische samenwerking met de grote buurstaat steeds minder voordelig. De zachte macht van Rusland als arbeids- en afzetmarkt zal in het geval van een economische recessie verder teruglopen.

De relaties met Oekraïne en Rusland blijven de grootste internationaal-politieke uitdaging voor de Europese Unie. De belangrijkste variabele van de crisis is de ontwikkeling van Oekraïne zelf, het welslagen van president Porosjenko’s politieke en economische hervormingen. Effectieve internationale afspraken over Oekraïne zullen ver voorbij gaan aan wat tot nu toe in Minsk is overeengekomen en aan wat de betrokken partijen nu nog lijken te willen accepteren. Rusland geeft de fictie op dat ze niet militair betrokken is bij het conflict in Oekraïne en accepteert herstel van de zeggenschap van Kiev over de Donbass, in ruil voor vérgaande autonomie van de regio. Belangrijkste vraag: kan de regering in Kiev de effectieve controle over de oostelijke provincies herstellen zonder een nieuwe fase in de burgeroorlog in te gaan?

Oekraïne, Europa en Amerika accepteren de Russische annexatie van de Krim als een voldongen feit, en maken het voortduren van de sancties feitelijk afhankelijk van Ruslands opstelling in het oosten van Oekraïne. Belangrijkste vraag: hoe kunnen we de geopolitieke schade (gezichtsverlies, neerleggen bij een daad van agressie) van deze hoogst onaangename concessie zoveel mogelijk beperken?

2014 was geen slecht jaar voor Poetin. Er is reden te veronderstellen dat er in 2015 geen ingrijpende politieke veranderingen in de binnen- of buitenlandse politiek van Rusland zullen plaatsvinden, want: (1) hoewel de maatschappelijke consequenties van de financiële crisis aanzienlijk zijn, zullen ze niet leiden tot een massale roep om veranderingen in de samenleving of verdeeldheid en calculerend gedrag door de elite; (2) de buitenlandse politieke strategie heeft de internationale positie van Rusland en de statuur van Poetin versterkt; en (3) de internationale omgeving waarin Rusland opereert zal in 2015 niet wezenlijk veranderen; het valt namelijk niet te verwachten dat de Verenigde Staten of de Europese Unie zich krachtiger zullen doen gelden dan ze de afgelopen jaren hebben gedaan.

Noten

Ellen Mickiewicz, No Illusions: The Voices of Russia’s Future Leaders, Oxford: Oxford University Press, 2014.
Voor ‘soevereiniteit’ als motivatie van de Russische buitenlandse politiek, zie Dmitri Trenin, Russia’s Break-out From the Post-Cold War System: The Drivers of Putin’s Course, Carnegie Moscow Center, 2014.